CRYPTO TAX (deel 1): de belastbaarheid van meerwaarden in de personenbelasting

Sinds de herverkiezing van Donald Trump als president van de Verenigde Staten van Amerika zijn cryptomunten weer volop in het nieuws. Ook de prijs van bepaalde cryptomunten (waaronder bitcoin, ethereum, xrp, solana, cardano, enz.) is de laatste tijd significant gestegen.

Voor Belgische belastingplichtigen die beleggen in cryptomunten, is het van uitermate groot belang om hierbij oog te hebben voor hun (eventuele) fiscale verplichtingen. In de praktijk stellen cliënten zich o.a. de volgende vragen:

  1. Zijn meerwaarden op cryptomunten belastbaar?
  2. Zijn andere inkomsten zoals mining-, staking- en liquidity rewards, airdrops, forks belastbaar?
  3. Moet mijn cryptorekening worden aangegeven (en gemeld) als buitenlandse bankrekening?
  4. Wat weet de fiscus op dit moment over mijn beleggingen in cryptomunten?
  5. Hoe wordt het repatriëren van mijn cryptobeleggingen naar een klassieke (Belgische) bankinstelling het beste aangepakt?
  6. Kan er fiscaal worden geoptimaliseerd door te beleggen via een vennootschap?

In deze 6-delige serie van nieuwsberichten zal op elk van deze vragen verder worden ingegaan.

Dit nieuwsbericht betreft het antwoord op vraag 1: zijn meerwaarden op cryptomunten belastbaar? Wij focussen hierbij uitsluitend op de belastbaarheid in de personenbelasting. De belastbaarheid in de vennootschapsbelasting zal in het zesde nieuwsbericht van deze serie worden behandeld.

DEEL 1: DE BELASTBAARHEID VAN MEERWAARDEN IN DE PERSONENBELASTING

1)       DE VEREISTE VAN “REALISATIE” VAN EEN MEERWAARDE

Vooraleer wij verder ingaan op de (mogelijke) belastbaarheid van uw meerwaarden op cryptomunten, moet worden benadrukt dat het loutere bezit van een cryptomunt geen fiscale gevolgen met zich meebrengt op het vlak van een ev. meerwaardebelasting. De zgn. “latente meerwaarden” zijn met andere woorden niet belastbaar.

Het fiscale vraagstuk ontstaat pas op het moment van werkelijke “realisatie” van een meerwaarde:

  • Ofwel door verkoop (in fiat-geld) : Bv. 1 bitcoin wordt verkocht voor 100.000 EUR
  • Ofwel door de omzetting (in een andere cryptomunt) : Bv. 1 bitcoin wordt omgezet naar 25 ethereum
  • Ofwel door de aankoop van een ander goed met een bepaalde waarde : Bv. de belastingplichtige koopt een Tesla met 1 bitcoin.

Het is dus belangrijk om te beseffen dat een eventuele belastbaarheid (met bijhorende aangifteplicht) geen verband houdt met het moment van daadwerkelijke repatriëring van de beleggingsopbrengsten naar het reguliere bankstelsel. In vele gevallen zal het fiscale vraagstuk zich dus reeds voordien stellen.

Ook de Minister van Financiën heeft één en ander recent nog bevestigd:

“Een meerwaarde wordt geacht gerealiseerd te zijn wanneer een goed het vermogen verlaat in ruil voor fiatvaluta of in ruil voor een ander goed, zoals in voorkomend geval een andere cryptomunt” [1].

Het is vanaf dat moment dat de vraag zich moet stellen of er al dan niet sprake is van een belastbare meerwaarde (en of deze al dan niet dient te worden aangegeven in uw aangifte personenbelasting voor dat jaar).

2)       DRIE MOGELIJKE KWALIFICATIES

A. ALGEMEEN

In het Belgisch fiscaal recht bestaat er (vooralsnog) geen specifieke bepaling inzake de belasting van meerwaarden op cryptomunten.

Op vandaag moet dan ook worden teruggegrepen naar de algemene belastingregels zoals deze ook bestaan voor o.a. beleggingen in aandelen of onroerend goed. Dit maakt dat er in de praktijk drie verschillende kwalificaties mogelijk zijn:

  • Ofwel zijn de meerwaarden vrijgesteld als kaderend binnen een “normaal beheer van privévermogen” (de zgn. belegging als “goede huisvader”).
  • Ofwel zijn de meerwaarden belastbaar als divers inkomen (vlak tarief van 33%
    + aanvullende gemeentebelasting);
  • Ofwel zijn de meerwaarden belastbaar als beroepsinkomen (progressief tarief t.e.m. 50% + aanvullende gemeentebelasting + sociale bijdragen + allerhande administratieve verplichtingen zoals het aanvragen van een ondernemingsnummer, de inschrijving bij een sociaal secretariaat, enz.).

De beoordeling betreft een feitenkwestie (case-by-case benadering) die in grote mate afhankelijk is van:

  • De oorsprong van het geïnvesteerde bedrag (spaargelden, geleend geld),
  • De omvang van het geïnvesteerde bedrag (zowel in absolute cijfers als in verhouding tot het persoonlijk vermogen),
  • Het actieve of passieve gedrag van de investeerder (frequentie van de trades, beleggingsstrategie),
  • De opleiding en beroepsmatige ervaring met cryptomunten,
  • De mate van organisatie van de activiteit,

B. KWALIFICATIE ALS BEROEPSINKOMEN

Uit de praktijk is alvast reeds gebleken dat een kwalificatie als beroepsinkomen niet snel zal voorkomen. Veelal is de belegger ofwel nog student ofwel oefent hij een andere beroepsactiviteit uit die geen verband houdt met cryptomunten.

Zo heeft de Dienst Voorafgaande Beslissingen (DVB) ondertussen al meermaals een kwalificatie als beroepsinkomen uitgesloten in geval van:

  • Automatische aan- en verkopen via een zelf ontwikkelde trading bot (door een student) [2], en
  • in geval van daytrading [3].

Toch is een kwalificatie als beroepsinkomen niet in alle gevallen uitgesloten. Zo denken wij bv. aan de volgende gevallen:

  • Een werkloze/rentenier die – op een enigszins georganiseerde manier – dagelijks meerdere transacties verricht;
  • De bestuurder van een vennootschap actief in de verhuur van bitcoin atm’s, die cryptomunten minet, en die daarnaast ook dagelijks aan- en verkooptransacties verricht [4];
  • Een blockchain-developer van een bepaalde cryptomunt, die betaald werd in deze cryptomunt;
  • Een finfluencer die reclame maakt voor de investering in een bepaalde cryptomunt (en hiervoor ook betaald werd in die munt);
  • Een NFT-kunstenaar die zijn cryptomunten heeft verworven als vergoeding voor de verkoop van zijn NFT-collectie van 10.000 stuks.

Ook het feit dat de belastingplichtige, naast het  aan- en verkopen van cryptomunten, actief is als miner of staking node, wordt door de Rulingdienst beschouwd als een belangrijke indicatie om voor de totale belegging te besluiten tot het bestaan van een beroepsactiviteit.

C. VRIJGESTELD (NORMAAL BEHEER VAN PRIVÉVERMOGEN) OF DIVERS INKOMEN?

Het voornaamste punt van discussie situeert zich in de praktijk voornamelijk op het niveau van de vraag of er sprake is van een (vrijgesteld) normaal beheer van privévermogen, dan wel van een (belastbaar) divers inkomen.

De kwalificatie als normaal beheer van privévermogen vereist dat de belastingplichtige belegt als een zgn. “goede huisvader”. Dit wil zeggen dat het moet gaan om transacties die een normaal en voorzichtig persoon gewoonlijk zou stellen om zijn privévermogen te behouden of te doen aangroeien [5]. Hierbij wordt in hoofdzaak rekening gehouden met:

  • het risico dat de belegger neemt ten aanzien van zijn privévermogen (geen onverantwoorde risico’s), en
  • De intensiteit van de beleggingsactiviteit (dit moet eerder passief zijn).

Indien de belastingplichtige niet belegt als “goede huisvader”, dan zullen zijn meerwaarden in principe belastbaar zijn als divers inkomen (of – uitzonderlijk – als beroepsinkomen).

Vermits er in de Belgische wetgeving wordt gewerkt met (eerder) vage begrippen als “normaal beheer” of “goede huisvader”, valt de fiscale kwalificatie niet altijd eenvoudig te bepalen. Soms bestaan er obvious cases [6], maar in vele gevallen valt de belastingplichtige in een grijze zone. In zo’n gevallen is het veelal aangewezen om een ruling aan te vragen bij de Dienst Voorafgaande Beslissingen (in een eerste fase kan dit anoniem). Het gaat om een afdeling binnen de FOD Financiën die over de mogelijkheid beschikt om belastingplichtigen op voorhand (d.w.z. voordat de aangifte personenbelasting moet worden ingediend) zekerheid te verschaffen omtrent de fiscale kwalificatie van de gerealiseerde (of nog te realiseren) meerwaarde. Een dergelijke beslissing is dan bindend voor elke fiscale controleur.

Uit de gepubliceerde rulings blijkt dat de DVB o.a. de volgende elementen van doorslaggevend belang beschouwt om te kunnen besluiten tot een normaal beheer van privévermogen:

  • Er mag slechts een beperkt gedeelte van het vermogen van de belastingplichtige geïnvesteerd zijn in cryptomunten;

Op dit moment aanvaardt de DVB een maximaal percentage van 25% van het roerend vermogen [7].

  • Er moet sprake zijn van een (eerder) passieve beleggingsstrategie;

Bij voorkeur is er sprake van een buy-and-hold-strategie, een beperkt aantal transacties staat de vrijstelling weliswaar niet in de weg;

  • Er moet een bepaalde (niet-verwaarloosbare) periode zijn verstreken tussen het moment van aankoop en het moment van verkoop van de specifieke cryptomunt;

Het gaat bij voorkeur om een houdperiode van één jaar, maar hoe langer de houdperiode hoe groter de kansen op een positieve ruling.

Andere zaken die blijken uit deze rulings zijn de volgende:

  • Het gebruik van een hardware-wallet is een positief element, maar is niet noodzakelijk voor een kwalificatie als normaal beheer [8],
  • Het helpen van vrienden en familieleden bij een eerste kennisname met de sector, belet geen normaal beheer, voor zover men dit niet doet tegen betaling [9],
  • Occasionele activiteit op fora of via blogs in de cryptogemeenschap (zonder het geven van lezingen) belet niet noodzakelijk een kwalificatie als normaal beheer [10].

Het is nochtans belangrijk om op te merken dat de criteria die worden gehanteerd door de DVB geen wet zijn (en dus ook niet absoluut verbindend zijn). Het gaat slechts om criteria die als leidraad kunnen dienen ter beoordeling van uw fiscale situatie.

Dit laatste betekent dat de belastingplichtige er, afhankelijk van de concrete omstandigheden, dus voor kan opteren om de door hem gerealiseerde meerwaarden alsnog niet aan te geven, ook al voldoet hij strikt gezien niet aan de criteria die worden gehanteerd door de DVB. Het is hierbij dan wel van belang om u correct te laten adviseren omtrent de opbouw en verdedigbaarheid van uw dossier, alsook omtrent de eventuele risico’s die zijn verbonden aan een niet-aangifte.


Bij DVDTAXLAW combineren we diepgaande expertise met praktische oplossingen om u te begeleiden in het complexe fiscale landschap van cryptobeleggingen. Na een persoonlijke consultatie (ofwel op kantoor te Gent, ofwel online) en een grondige analyse van uw dossier, helpen we u graag om de juiste aanpak te bepalen en eventuele risico’s te identificeren. Ook in geval van een fiscale controle en/of juridische betwistingen zorgen wij voor een professionele en krachtige verdediging van uw belangen.

Heeft u vragen of wenst u een analyse van uw fiscale situatie? Neem vandaag nog contact op via info@dvdtaxlaw.be.

 

[1] Vraag nr. 1338, Vr. en Antw. Kamer 2022-2023, nr. 55/105, 182; zie ook: Voorafg.Besl. 8 november 2022, nr. 2022.0813: “Een meerwaarde wordt gerealiseerd op het moment dat een cryptomunt wordt omgezet naar euro of naar een andere cryptomunt”.

[2] Jaarverslag DVB 2017, pagina 19, https://www.ruling.be/sites/default/files/content/download/files/jaarverslag_dvb_2017_nl.pdf.

[3] Zie o.a. Voorafg.Besl. van 8 november 2022, nr. 2022.0813; Voorafg.Besl. van 10 mei 2022, nr. 2022.026; Voorafg.Besl. van 30 november 2021, nr. 2021.1037; Voorafg.Besl.van 26 oktober 2021, nr. 2021.0945; Zie tevens: Jaarverslag DVB 2022, pagina 33.

[4] Zie Jaarverslag DVB 2022, pagina 32, https://www.ruling.be/sites/default/files/content/download/files/jaarverslag_dvb_2022_nl_a4.pdf .

[5] Parl. St. Senaat, 1961-1962, nr. 366, 147.

[6] Bv. een belastingplichtige kocht 100 BTC in 2012 voor 1.000 EUR = normaal beheer; bv. een belastingplichtige investeert 100.000 EUR (en 99% van zijn privévermogen) in de nieuwste low cap memecoin = divers inkomen.

[7]  Voorafg.Besl. 22 oktober 2024, nr. 2024.0694; Voorafg.Besl. van 28 juni 2022, nr. 2022.0500; Voorafg.Besl. van 8 februari 2022, nr. 2022.0005; Voorafg.Besl. van 2 maart 2021, nr. 2021.0011.

[8] Voorafg.Besl. 9 april 2024, nr. nr. 2024.0136; Voorafg.Besl. 24 augustus 2021, nr. 2021.0664; Voorafg.Besl. 11 mei 2021, nr. 2021.0265.

[9] Voorafg.Besl. 30 november 2021, nr. 2021.1020; Voorafg.Besl. 24 september 2019, nr. 2019.0771.

[10] Voorafg.Besl. van 24 augustus 2021, nr. 2021.0707.

Doolaege, Verbist & De Meyere BV
Koning Albertlaan 165
9000 Gent
BE 0647.999.788

+32 (0) 9 242 80 10
info@dvdtaxlaw.be